Gaat de motor ook de Nederlandse steden veroveren?

In november reed ik, of beter gezegd stond ik stil, op de Boulevard Périphérique, de rondweg om Parijs. Dat is geen feest: oprit hier, afrit daar, en daardoor file zus en opstopping zo. Als automobilist heb je een flinke portie engelengeduld nodig. Dit geldt niet voor de motorrijders, die schieten je voortdurend links en rechts voorbij.

Ook in andere steden in Europa vallen mij de motoren op: Barcelona, Parijs, Madrid, Bordeaux, Toulouse en in mindere mate Londen. Niet geheel vreemd. Als motorrijder heb je minder last van files, je bent een stuk flexibeler in je routes en sneller dan met de auto. En tot slot kun je ook veel makkelijker parkeren.

De grotere steden met veel motoren hebben speciale parkeervakken en stroken voor motoren in het centrum. Mag je in Amsterdam je motor nog overal op de stoep droppen, zolang dit geen overlast veroorzaakt, in bijvoorbeeld Parijs zijn hiervoor speciale parkeerplaatsen. Sta je daar niet dan volgt onherroepelijk een bon voor fout parkeren.

In Nederland kom ik ook met enige regelmaat in grote steden, en het valt mij hier toch op dat er een stuk minder motoren in de stad rijden dan in eerder genoemde steden. Natuurlijk zijn wij meer van de fiets en de scooter, maar voor mij is dit toch een reden om eens verder te kijken naar motoren in Nederland.

Het aantal motoren in Nederland is de afgelopen 20 jaar verdubbeld.
Waren er in 1995 nog maar dik 300.000 motoren, tegenwoordig rijden er al meer dan 600.000 motoren. En de rek is er nog niet uit. Steeds meer mensen nemen motorrijles. Er wordt tegenwoordig zelfs in de winter lesgegeven om aan de vraag te kunnen voldoen. Rijscholen hebben het over een potentieel van 1 miljoen motorrijders in Nederland.
Toch blijven de dichtbevolkte provincies achter in het motorgebruik.

De meeste motorrijders komen nog steeds uit de provincie
Dat is omdat men in Nederland meestal niet als noodzaak maar voor het plezier motor rijdt.  Dit zien we ook terug in de verdeling van het aantal verkooppunten per 10.000 inwoners over de provincies:

  • Friesland, Zeeland en Drenthe hebben de meeste motorzaken per 10.000 inwoners.
  • Utrecht, Zuid Holland en Noord Holland hebben juist de minste motorzaken per 10.000 inwoners.

Opvallend is dat ondanks de groei van het aantal motoren en motorrijders het aantal verkooppunten in de motorbranche de laatste 10 jaar vrij stabiel is.

Ik ben zeer benieuwd hoe zich dit gaat ontwikkelen. En of de Nederlander de handigheid van de motor, in de steeds drukker wordende steden, ook gaat ontdekken. Of zijn hier de afstanden toch minder en wint de elektrische fiets het als alternatief van de auto?

Ludwig Boosveld

Ludwig Boosveld werkt al meer dan tien jaar als buitendienstmedewerker bij Locatus. Samen met 12 collega's verzamelt hij de informatie over winkels, winkelgebieden en winkelpassanten op straat. Zijn werkgebied breidde zich door de jaren heen uit, van Nederland, naar België en Europa. Momenteel ligt zijn focus op passanten tellen via wifi-sensoren. In zijn blogs vertelt hij wat hem onderweg opvalt.


Niets meer missen?

Wilt  u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van retail?

 

Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief of ons blog.