De verschillen tussen het Vlaamse en het Nederlandse beleid kunnen niet groter zijn en de rollen zijn volledig omgedraaid ten opzichte van 20 jaar geleden. In België wordt, onder aanvoering van minister president Kris Peters, actief detailhandelsbeleid gevoerd.
De rollen omgedraaid
Daar waar in Vlaanderen in het verleden veel kon en mocht, wordt nu actief gestuurd om detailhandel daar te krijgen waar men die het liefst wil: in de centra van de dorpen en steden tenzij dat echt (ruimtelijk gezien) niet kan. Zelf formuleert men dat zo: “De Vlaamse Regering voert enerzijds een kernversterkend beleid en anderzijds een actief aanbodbeleid voor ruimtebehoevende grootschalige detailhandel. Het beleid dat wordt gevoerd biedt ruimtelijke afwegingselementen aan de Vlaamse ambtenaren en aan de provinciale en gemeentelijke besturen met het oog op een gestructureerd afwegingstraject voor de inplanting en/of groei van de grootschalige detailhandel.” Hierbij worden de volgende drie doelstellingen nagestreefd:
- het tegengaan van verdere verlinting;
- het voeren van een aanbodbeleid op de daarvoor geschikte locaties;
- het voeren van een kernversterkend detailhandelsbeleid.
In Nederland wordt het detailhandelsbeleid tegenwoordig, zonder een serieus afwegingskader, volledig overgelaten aan provincies en gemeenten.
Mijn stem gaat naar Vlaanderen
Ik keur het huidige Nederlandse beleid af (zie ook mijn eerdere blog: Regie in het Retailtheater) en ondersteun het Vlaamse beleid van harte. Ten eerste wordt de kleinhandel daar veel serieuzer genomen, ook als bron van werkgelegenheid. Ten tweede wordt getracht de retail daar te krijgen waar men die wil, omdat de retail meewerkt aan het versterken van de leefbaarheid van stads- en dorpskern. Het knappe vind ik: men wil iets in Vlaanderen en gaat er vervolgens voor.
Voorkom Engelse toestanden
Naar mijn mening heeft Vlaanderen de juiste richting gekozen. Zo voorkomt men de kans op Engesle toestanden. Daar zijn de afgelopen 20 jaar veel ‘out-of-town’ ontwikkelingen geweest. Alles is daar nu overal te koop, met name ook de mode. In jaren van stijgende welvaart kon deze wildgroei van winkels nog wel uit en waren de gevolgen niet zo zichtbaar. Inmiddels kent Engeland een gemiddeld leegstandspercentage van bijna 15%. Complete dorpen en steden staan daar leeg. Terwijl er in de Retailparcs vrolijk verder wordt gewinkeld.De situatie is nu zo dringend dat Mary ‘Queen of Shops’ Portas diverse voorstellen heeft gedaan de situatie om te keren. Nog met weinig succes overigens .
Durf te kiezen. En te sturen.
Als je als land, gewest, provincie of gemeente een duurzame inrichting van je gebied nastreeft met voldoende toegang tot (basis)voorzieningen, dan zul je detailhandel de plek moeten geven die het verdient. Voor leefbare steden is retail integraal onderdeel van het leven. Dat kan je als overheid maar beter in goede banen leiden.